Jaarevaluatie op een tapijt

Er staat een tafel in het midden van de kamer. Ik ben een beetje teleurgesteld. Bij Judith thuis hoor je op de grond te eten, op het Perzisch tapijt. Ze legt uit dat ze moest studeren en daarom de tafel van het balkon naar binnen heeft gehaald. Snel haalt ze de olijven, chips, quacemole en kommen soep van tafel en zet ze op de grond.

We klagen een beetje over dat Niels er niet bij kon zijn door miscommunicatie. Maar wij zijn er wel en het is 3 januari. We hebben elkaar al een tijdje niet gezien en praten over de kerstvakantie en oud & nieuw. Judith vertelt dat ze de volgende dag met vriendinnen heeft afgesproken om 2018 te evalueren. Ze vraagt me of ik dat ook wil doen. Ik knik. Het was sowieso al een goed voornemen van me om meer stil te staan bij bijzondere dingen. Of juist bij alledaagse dingen.
Lees verder

Thuisgevoel

Wij kwamen elkaar redden
Niet zoals scheepjes
Op de oceaan
Niet zoals een afgrond
En daarvandaan

Wij kwamen elkaar redden
Zoals samen niks doen
Of een heleboel
Zoals lichtjesogen
En het thuisgevoel

Bijzonder alledaags

Soms lijkt simpel niet speciaal
Maakt het ritme je onrustig
Gaan de dingen te normaal

Soms ga je zacht door snelheid
Is een stilte zo voorbij
Kost haasten juist veel tijd

Soms is geluk iets vaags
Dan is de dag bijzonder
Of bijzonder alledaags

Later

Zou het niet mooi zijn
Als je later
Dezelfde vrienden hebt
Minder vaak een kater
Maar whisky des te meer
Lachen om jonge knapen
Slapen in de namiddag
Achter rolstoelen aanrennen
Er zelf niet in gaan zitten
Verhitte discussies
Over simpele dingen
Maar de zin van het leven
Is al ontrafeld
Door zelf zin te geven

Gestopt met toekijken

Het is donker op het station van Apeldoorn. Het is sowieso niet een heel gezellig station. Ik sta in de kou te wachten, mama heeft me mooi op tijd afgezet. In zo’n geval is je telefoon je beste vriend, dat weet inmiddels bijna iedereen. Ik staar naar mijn nieuwste muziekontdekkingen op Spotify en kan niet kiezen welk nummer ik nou het allerliefst wil luisteren.

Ik zie hem uiteindelijk in mijn ooghoek. En hij is dichtbij, heel dichtbij zelfs. Ziet hij me nou wel of niet? Mijn hart begint sneller te kloppen. De man wankelt en valt bijna tegen me aan. Ik besluit een stukje verder het perron op te lopen en me bij andere wachtende mensen te voegen. De man houd ik nauwlettend in de gaten. Hij lijkt weer mijn kant uit te komen, wiegend met zijn ogen half gesloten. Volgt hij me? Of is het toeval? Hij houdt stil, loopt naar het randje van het perron en staart naar het spoor. Vervolgens wankelt hij weer en lijkt hij door zijn benen te zakken. Maar hij strekt ze weer en zet nog wat stapjes.
Lees verder